Hedendaagse slavernij

Het zag er uit als een concentratiekamp. Het waren werknemers van een Duitse slachterij. Arbeidsmigranten, die de lockdown opgesloten achter een hek ondergingen. Lijdzaam, alsof ze het gewend waren. Elders werd gedemonstreerd tegen rassendiscriminatie en slavernijverleden. De associatie ligt voor de hand: mogen we die arbeidsmigranten hedendaagse slaven noemen? Velen van hen leven immers in armoedige omstandigheden vanwege slechte huisvesting en slechte arbeidsvoorwaarden en  -omstandigheden. Het antwoord kunnen we afleiden uit het recente boek van Thomas Piketty, Kapitaal en Ideologie.

 

Piketty heeft al veel aandacht gekregen. Vooral zijn analyse van de toegenomen ongelijke inkomens- en vermogensverdeling over de gehele wereld. Progressieve politici haalden hem graag aan en nodigden hem zelfs uit om persoonlijk kennis te nemen van zijn oplossing. Piketty is de nieuwe Marx. Linkse politici genieten van zijn drastische voorstellen, rechtse politici gruwen ervan. Piketty toont aan dat gedurende de gehele mensheid alle pogingen om de wereld rechtvaardiger te maken, schipbreuk leden. Gebruik makend van vele historische gegevens bewijst hij dat de mens verliefd is op eigen bezit; ook nu nog. Hij geeft dit de afschuwelijke term propreïtarisme. Geen land ontkwam aan dit -isme. Uitvoerig toont hij aan hoe in vele landen (Amerikaanse, Europese, China, India) de drang naar eigen bezit leidde tot onrechtvaardige standenmaatschappijen.

 

De slavernij was één van de gevolgen van het propreïtarisme. Vóór de middeleeuwen waren arbeiders als lijfeigene en horige al in bezit van landheren. Die landheren waren niet alleen edelen, maar ook kerkvorsten. Later werd Europa rijk door het kolonialisme. Vaak ging dit gepaard met onderdrukking en slavernij. De nieuwe wereld (Amerika) werd rijk door verdringing van de autochtone bevolking en door de deportatie van slaven uit Afrika. Die slaven waren in bezit van een werkgever. Toen eind negentiende eeuw de slavernij werd afgeschaft, werden niet de slaven schadeloos gesteld, maar hun eigenaren. Landen die daartoe besloten, kregen daardoor een enorme schuldenlast. Piketty noemt als voorbeeld Haïti, dat er pas in slaagde in de jaren vijftig van de vorige eeuw deze schuld volledig af te lossen.

 

Door de eeuwen heen zijn er best pogingen gedaan om de onrechtvaardigheden van het propreïtarisme te bestrijden. Dat had ook vaak succes, maar meestal van korte duur. Na verloop van tijd ontstonden er nieuwe bezitters, die weer dezelfde soort van onrechtvaardigheden veroorzaakten. Zelfs de Franse revolutie die toch aan het eind van de achttiende eeuw een enorme politieke omwenteling veroorzaakte, leidde uiteindelijk tot nieuw propreïtarisme. Deze revolutie met zijn prachtige principes van vrijheid, gelijkheid en broederschap was een voorbeeld voor vele landen. Het mocht niet baten. De opstandelingen en hun aanhang  van weleer werden de nieuwe elite.

 

Een omwenteling van andere orde was de Tweede Wereldoorlog. In vele Europese landen werd na 1945 een progressief belastingstelsel ingevoerd. Vanaf de jaren tachtig kwam daaraan weer een eind. Bovendien werden de tarieven van de vermogensbelastingen verlaagd. Piketty toont aan dat sociaaldemocratische partijen, die progressieve belastingen aanvankelijk bepleitten, daar in de praktijk meer en meer afstand van hebben genomen. Onderbouwd met statistieken bewijst hij dat een nieuwe bezittende klasse van hoogopgeleiden nu de dienst  uitmaakt  in die partijen en onvoldoende feeling heeft met de laagbetaalden. Privatisering van publieke voorzieningen en globalisering, ook ondersteund door sociaaldemocraten, vergroten de ongelijkheid nog verder. Te vrezen valt overigens dat ook Piketty’s eigen radicale nivelleringsvoorstellen, indien uitgevoerd, op vergelijkbare wijze zouden verzanden. Tenzij we het propreïtarisme ditmaal werkelijk kunnen overwinnen.

 

Terug naar de vraag: zijn de arbeidsmigranten de nieuwe slaven? Ja, en zij niet alleen. Het propreïtarisme bestaat nog steeds. Piketty toont duidelijk aan dat er door de eeuwen heen steeds nieuwe vormen van slavernij ontstaan. Zo worden thans, ook in Nederland, producten ingevoerd die in lagelonenlanden worden gemaakt door werknemers tegen arbeidsomstandigheden en -voorwaarden die in Europa verboden zijn. Soms worden die werknemers hier heen gehaald: de arbeidsmigranten. Demonstranten tegen slavernij en racisme mogen daarom het doel van hun actie best uitbreiden. Het heden kun je namelijk beter corrigeren dan het verleden.