Financiële injectie Corona-crisis graag kansrijk inzetten

 

Het corona-virus heeft de wereld in een economische crisis gestort. Deze crisis verschilt enorm van de financiële crisis in 2008. Toen veroorzaakte de financiële sector een crisis in de productiesector. Nu is dat precies andersom. Er is ook een overeenkomst: in 2008 waren de regeringen eveneens onvoorbereid. De belangrijkste overeenstemming binnen de Europese Unie bestond uit het toepassen van het stabiliteitspact, dat landen tot een stringent begrotingsbeleid dwong met veel bezuinigingen waardoor de werkloosheid steeg. Ook in Nederland, waar we er nu nog steeds last van hebben, al gaat het (nog) goed met de werkgelegenheid. Als de Europese Centrale Bank (ECB) toen niet met een enorm opkoopprogramma van schulden was gekomen, was de Euro ingestort. Op dit moment zien we opnieuw dat regeringen onvoorbereid zijn. De Europese Commissie wil de begrotingsregels wel versoepelen, maar de ministers van Financiën zijn nog niet akkoord. Nederland blijft zich ook aan die regels houden, maar heeft het voordeel dat de overheidsschuld ver beneden de norm van de Europese Unie (EU) ligt, waardoor er een ruimte is van circa 90 miljard euro om de crisis te bestrijden. Wederom grijpt de ECB in met een enorm opkoopprogramma. Omdat de oorzaak van de huidige crisis in de productiesector ligt, zijn er andere maatregelen nodig. Het is te hopen dat de regeringen binnen de EU nu niet net als toen achterover gaan leunen met een vol vertrouwen in de ECB. Wat moet er dan gebeuren? Het antwoord is complex.

 

De maatregelen tegen het corona-virus hebben tot gevolg dat de productie voor een deel plat komt te liggen. Bedrijven moeten gedeeltelijk hun activiteiten staken. Vooral het midden- en kleinbedrijf heeft het zwaar; winkels en horeca sluiten. De consumptieve bestedingen zullen afnemen. Verwacht mag daarom worden dat de economische groei zal stagneren of zelfs zal dalen. Dit zal gelukkig niet permanent zijn. De economie houdt even pas op de plaats. Omdat de afgelopen decennia de economie fors is gegroeid, moet dit met passende maatregelen geen probleem zijn. Grootscheepse opkoopprogramma’s als die van de ECB om de bestedingen te stimuleren zullen nu onvoldoende helpen. Zolang de beperkende maatregelen ter bestrijding van het virus van kracht zijn, zullen bedrijven echt niet meer investeren en zullen de burgers de knip op de beurs houden. Zomaar meer geld in de economie pompen helpt dus niet en kan tot inflatie leiden. De beste econoom aller tijden, Keynes, noemde dit de liquidity trap (liquiditeitsval). Bijna een jaar geleden waarschuwde het Centraal Planbureau al dat bij een nieuwe economische inzinking  zwakke groepen het meest kwetsbaar zijn. Er werd niet naar geluisterd. Gelukkig bieden de recente maatregelen van het kabinet en het bankwezen, gebruikmakend van de ruimte die de ECB biedt, betere kansen.

 

Maar het is niet genoeg. De huidige economie lijkt op een oorlogseconomie. Omdat we ervan uit gaan dat die hopelijk niet lang zal duren, moet er een gezonde herstart mogelijk worden gemaakt en moet worden voorkomen dat tijdens de ‘corona-oorlog’ het marktmechanisme ongebreideld zijn gang gaat. Net als bij de bestrijding van het virus geldt ook hier: voorkomen is beter dan genezen. Daarom zou het kabinet nu prijsmaatregelen moeten afkondigen. Prijsstijgingen dreigen als webwinkels hun kansen grijpen als fysieke winkels sluiten. Het Financieele Dagblad meldde vorige week dat in de Verenigde Staten openbare aanklagers al acties gaan ondernemen tegen Amazon, Walmart en eBay omdat deze onrechtmatig hun prijzen opvoeren. Hetzelfde kan zich voordoen op de markt voor onroerend goed. Beleggers, investeringsmaatschappijen en hedge funds zoeken namelijk beleggingsalternatieven en vinden die onder meer in techbedrijven en in de woningmarkt. Nu de economie voor een groot deel stilligt kan de regering probleemloos prijsmaatregelen voor de woningmarkt afkondigen. Ik zou zeggen: doe dat met terugwerkende kracht en draai in één adem de enorme huurstijgingen van de afgelopen jaren terug. Ook de toename van de flexibiliteit op de arbeidsmarkt kan nu worden aangepakt. Het kabinet doet dit al enigszins met de creatie van de verruimde regeling voor werktijdverkorting en financiële ondersteuning van zzp’ers. Het kan dit versterken door nu adviezen van de Commissie-Borstlap over te nemen.

 

Het is nuttig als kabinet en oppositie de handen ineenslaan. Afhankelijk van de duur van de crisis zal een aanpak nodig zijn als na de Tweede Wereldoorlog tijdens de verdeling en aanwending van de Marshallhulp. De Europese Commissie zou er goed aan doen samen met de ECB te bepalen welke financiële ruimte de aangesloten landen krijgen binnen het opkoopprogramma van de ECB. Daarbij moet rekening worden gehouden met de specifieke problemen per land. Omdat Nederland al veel ruimte heeft, kan nu al een plan worden opgesteld hoe die te besteden. Daarbij zou het kabinet gebruik moeten maken van de diverse analyses en adviezen die klaar liggen met betrekking tot het herstructureren van de arbeid, het energie- en het klimaatbeleid.